Autorisatieniveau 5.3
3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur (nadeel € 329 duizend, bestaat uit lagere lasten € 1,29 miljoen en lagere baten € 1,62 miljoen) en 8.2 grondexploitatie niet-bedrijventerreinen (nadeel € 491 duizend bestaat uit lagere lasten € 1,11 miljoen en lagere baten € 1,60 miljoen).
Hier volgt de toelichting op de belangrijkste verschillen:
De verwerking van de grondexploitaties wijkt af van de reguliere werkwijze, dit is overeenkomstig de BBV-regelgeving. De mutaties worden via de exploitatie doorgeboekt naar de balans, daardoor is de omvang van de bedragen bij zowel de baten als de lasten aanzienlijk. Per saldo is het resultaat van de door te berekenen kosten, mutaties in verliesvoorzieningen en winstnemingen zichtbaar. Deze worden kort in deze financiële verantwoording toegelicht. Voor een nadere toelichting op de mutaties van de grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
Het saldo van de grondcomplexen bedraagt € 820 duizend negatief. De verliesvoorzieningen zijn verhoogd met € 520 duizend. De tussentijdse winstnemingen zijn door extra uitgaven € 266 duizend lager dan begroot. Voor sloopkosten van een buurthuis is in totaal € 95 duizend uitgegeven.
In 2020 zijn de strategische woningen aan de Spaarnestraat gesloopt. De onderhoudslasten zijn in de begroting nog niet verlaagd met als gevolg een voordeel van € 61 duizend.